Interviews
26.08.20

“Samen kijken naar de voordelen van de grens”

Joris Bengevoord mag zich inmiddels ruim drie jaar burgemeester van grensdorp Winterswijk noemen. Een functie die hij met verve vervult. Niet in de laatste plaats omdat hij het dossier grensoverschrijdende samenwerking in zijn portefeuille heeft, naar eigen zeggen een van de hoogtepunten van zijn baan. Grenspost Düsseldorf ging met hem in gesprek.

U bent geboren en getogen in Winterswijk, vlak aan de Duitse grens. Hoe was het voor u om in de grensstreek op te groeien?


“Tot mijn 18e heb ik in Winterswijk gewoond en het gekke is dat ik me toen helemaal niet zo bewust was van de grens en van wat er allemaal speelde. Pas toen ik na mijn studie in Tilburg terugkeerde naar mijn geboortedorp raakte ik onder de indruk van hoeveel er aan de grens gebeurt en welke dynamiek het leven hier eigenlijk heeft.”

Vindt u dat ook een van de pluspunten van het burgemeesterschap van een grensdorp?

“Jazeker! Net als mijn voorganger kreeg ik in het dagelijks bestuur van de Regio Achterhoek het thema ‘Grens’ in mijn portefeuille en dat internationale aspect maakt mijn functie als burgemeester extra leuk. Vooral omdat het niet blijft bij grensoverschrijdend handen schudden, maar we concreet projecten met elkaar kunnen realiseren. Dat is zonder meer een van de hoogtepunten van mijn baan.”

Kunt u iets meer vertellen over de situatie aan de grens Winterswijk/Kreis Borken in de afgelopen maanden?

“Juist in tijden van crisis zie je dat bestuurlijke contacten zich uitbetalen. Ik heb er altijd voor gepleit dat de grens open moest blijven en dat dat op een verstandige manier moest gebeuren. Aan het begin van het paasweekend en op 1 mei hebben we bijvoorbeeld samen met de Duitse buurgemeenten filmpjes opgenomen met de boodschap ‘Blijf thuis, Bleiben Sie Zuhause’. We hebben daar ontzettend goed in samengewerkt. Het is in dat soort situaties erg handig dat we elkaar goed kennen en we indien nodig ook ’s avonds met elkaar contact kunnen opnemen om even te overleggen. Dat is mooi.
Ik kijk daarnaast met belangstelling uit naar de Duitse Kommunalwahlen op 13 september aanstaande. Een groot deel van mijn medeburgemeesters in de buurgemeenten gaat daarna ofwel met pensioen ofwel een nieuwe carrièrestap maken. Ik ben heel erg benieuwd naar de nieuwe collega’s en hoop met hen de succesvolle samenwerking te kunnen voortzetten.”

Het directoraat-generaal Regionaal en stedelijk beleid van de Europese Commissie (DG REGIO) houdt momenteel online een openbare raadpleging over grensoverschrijdende belemmeringen binnen de interne grensregio's en aan de grenzen tussen de lidstaten en de EVA/EER-landen. Deze raadpleging moet de weg vrijmaken voor het formuleren van constructieve aanbevelingen voor toekomstig beleid voor grensoverschrijdende regio's. Wat zijn volgens u de belangrijkste belemmeringen die nog uit de weg geruimd moeten worden?

“Al het laaghangend fruit is naar mijn idee inmiddels wel geplukt. Op gebieden waar we met onze Duitse buurgemeenten kunnen samenwerken, doen we dat. De overgebleven, grotere barrières dienen op hoger politiek niveau in Den Haag te worden aangepakt en dat zijn processen die in de regel lang duren. Ik ben in elk geval erg blij met onze huidige staatssecretaris Raymond Knops en hoop dat de aandacht voor grensoverschrijdende samenwerking ook na de Tweede Kamerverkiezingen in 2021 onverminderd groot zal blijven.
Daarnaast zou ik graag zien dat de gezondheidszorg grensoverschrijdend nauwer met elkaar wordt verweven. In de coronapandemie heeft Nederland al gebruik kunnen maken van Duitse IC-bedden en het zou mooi zijn als we op dat vlak vaker in een hele cirkel kunnen blijven denken, in plaats van in een halve die bij de grens stopt.

Bovendien vind ik dat we moeten blijven investeren in de culturele sector. Economie en arbeidsmarkt zijn natuurlijk belangrijke thema’s, maar deze kunnen we alleen grensoverschrijdend ontwikkelen als we elkaar kennen, ontmoeten en begrijpen. Er komt een nieuwe INTERREG-periode aan en ik hoop dat daarin iets meer ruimte komt voor de maatschappelijke kant van grensoverschrijdende samenwerking.”

Ondermijning vormt een toenemend gevaar voor onze democratie en samenleving, ook grensoverschrijdend. Welke stappen worden er momenteel gezet om ondermijning over de landsgrenzen heen tegen te gaan?

“Hier is zeker nog werk aan de winkel. Op dit gebied zie je nog wel echt twee verschillende werelden. In Duitsland wordt erg gehamerd op ‘Datenschutz’. En hoewel privacywetgeving ook voor ons heel belangrijk is, gaan we er toch net even iets anders mee om. Vanuit de gemeente Winterswijk zijn we nu met burgemeester Dr. Christoph Holtwisch van Vreden in gesprek om te kijken hoe we de gegevensuitwisseling in kleine stapjes toch wat makkelijker kunnen maken. Ik heb geleerd dat het vaak zinvol is om klein te beginnen. Bij een grootschaligere aanpak gaan de regels meestal toch in de weg zitten. Soms moet je deze gewoon wat pragmatischer uitleggen en er je voordeel mee doen.

Wanneer we kijken naar bijvoorbeeld politiesamenwerking dan gaat dat in het heetst van de strijd vaak heel goed. Recentelijk, toen we bij de Winterswijkse recreatieplas ‘t Hilgelo te maken hadden met grote drukte, konden we een beroep doen op collega’s van de Duitse politie. Ook helpen we elkaar bij het benaderen van de media in elkaars land. Persberichten over te drukke recreatieplassen worden over en weer vertaald. Op die manier worden de burgers in beide landen geïnformeerd.”

U bent ook penningmeester van de AEBR, de Europese vereniging van grensregio’s. Als u deze grensregio met andere grensgebieden vergelijkt, hoe vindt u dat men het hier doet?

“Een bijeenkomst van de AEBR is elke keer weer een eyeopener. Soms heb ik het gevoel dat dingen best wat sneller moeten kunnen, maar als je ziet hoe basaal de samenwerking bijvoorbeeld in de grensregio van Bulgarije en Griekenland is, zie je hoezeer we in Nederland en Duitsland hierin eigenlijk vooroplopen. We steken er veel energie in, er is veel goede wil en er zijn al veel zaken gerealiseerd. Daar mogen we best ook eens bij stilstaan. Een van de dingen die me uit een van de bijeenkomsten is bijgebleven, is een bijdrage van Marcel Boogers, hoogleraar innovatie en regionaal bestuur van de Universiteit Twente, die vertelde over het ‘smokkelaarsperspectief’. Smokkelaars waren vroeger de enigen die de grens niet als nadeel, maar als voordeel zagen. Zonder grens viel er tenslotte ook niets te smokkelen. Zij sloegen er feitelijk een slaatje uit. Ik vind het interessant om samen te kijken hoe je de grens in je voordeel kunt inzetten.”