Mastodon
Interviews
02.06.25

Twee landen, één doel: samen sterk in de crisisbeheersing

De coronapandemie, de natuurbranden in Nationaal Park de Meinweg en het hoogwater in Limburg: tijdens deze en andere gebeurtenissen bleek eens te meer dat rampen en crises zich niet aan landsgrenzen houden. Dat maakt crisissamenwerking over de landsgrenzen heen onontbeerlijk. Twee fervente voorvechters daarvan zijn Marion Holthuijsen, regisseur crisisbeheersing internationale samenwerking, projectleider ERMWIC en algemeen commandant geneeskundige zorg bij de Veiligheidsregio Limburg-Noord, en haar collega Andreas Kühnel, Brandamtsrat bij de Bezirksregierung Düsseldorf en binnen het project ERMWIC coördinator van het werkpakket. In een openhartig interview vertellen zij over hun werk, over de hindernissen die ze tegenkomen én de successen die ze boeken – met als motor het Interreg-project ERMWIC en het netwerk N4.  

Holthuijsen, geboren en getogen in Venlo, spreekt een aardig woordje Duits. “Ik ben opgegroeid met ‘Sendung mit der Maus’, en ‘Der Alte’ en ‘Derrick’ had ik op de Duitse televisie al gezien voordat de afleveringen in Nederland werden uitgezonden”, glimlacht ze. Ze is van de generatie die de slagbomen aan de grens nog kent en leerde in haar jeugd als caissière bij een textielsuper rekenen met D-Mark en guldens. Kühnel is een generatie jonger en groeide in Grevenbroich op met de vanzelfsprekendheid van open grenzen en de euro. In hun huidige functies weten de twee elkaar meer dan goed te vinden: Holthuijsen wijdt zich sinds 2016 als regisseur crisisbeheersing internationale samenwerking bij de Veiligheidsregio Limburg-Noord aan samenwerking over de landsgrenzen heen. Na 15 jaar ervaring bij de brandweer, als ambulancebroeder en als centralist in de meldkamer, is Kühnel sinds 2021 bij de Bezirksregierung Düsseldorf werkzaam in de grensoverschrijdende rampenbestrijding en crisisbeheersing.

Verschillen overbruggen

De praktische uitvoering van rampenbestrijding is in Nederland en Duitsland anders geregeld. In Nederland valt de brandweer onder de verantwoordelijkheid van vijfentwintig veiligheidsregio’s, die ook rampenbestrijding, crisisbeheersing en geneeskundige hulpverlening in de regio (GHOR) organiseren. In Duitsland ligt die verantwoordelijkheid voor brandweerzorg bij de gemeenten en die voor crisisbeheersing en rampenbestrijding bij de Kreise. Kühnel: “Een van de belangrijkste uitdagingen is daarmee dat je niet altijd weet bij wie je voor welk onderwerp moet zijn. Kühnel en Holthuijsen doen er echter alles aan om niet in de verschillen tussen beide landen te blijven hangen. Een gezonde dosis pragmatisme voert de boventoon in hun samenwerking, die beiden erg weten te waarderen. “We zoeken altijd naar de ‘common grounds’ – naar gemeenschappelijkheden – en proberen pragmatische oplossingen te vinden”, aldus Holthuijsen. Niet in de laatste plaats omdat in de wet- en regelgeving grensoverstijgende samenwerking vaak niet expliciet is opgenomen en het wettelijk kader lang niet voor alle denkbare situaties oplossingen biedt.

Pragmatisme boven papierwerk

Deze vorm van pragmatische samenwerking vormt mede de kern van het Interreg-project ERMWIC: Euregionale Rijn-Maas-Waal Incidentbestrijding en Crisisbeheersing/Euregionales Rhein-Maas-Waal Notfall-Einsatz und Krisenmanagement/Euregional Rhine-Meuse-Waal Incident response and Crisismanagement.

Het project beoogt heldere afspraken en goede uitwisseling vooraf, zodat bij een incident geen tijd verloren gaat aan bureaucratie. “In geval van rampen en crisis is vooral één ding belangrijk: ‘Köpfe kennen’, weten bij wie je wanneer moet zijn, op de hoogte zijn van elkaars procedures en werkwijzen om in noodsituaties snel te kunnen handelen”, aldus Holthuijsen. Dat onderstreept ook Kühnel. “Wanneer aan de ene kant van de grens de hulpdiensten worden opgeroepen en er ondersteuning komt van de andere kant en je dan een bekende naam hoort dan weet je dat het goed komt.” In Nederland wordt bij rampen gewerkt volgens de GRIP-structuur, met in totaal vijf opschalingsniveaus. Duitsland volgt een soort piramidestructuur met drie bestuurlijke niveaus, waarvan de gemeenten, ‘kreisfreie’ steden en Landkreise de basis vormen. Zij zijn operationeel verantwoordelijk voor brandbeveiliging en algemene bijstand, reddingsdiensten en rampenbestrijding. Geïntegreerde controlecentra coördineren over het algemeen de dagelijkse werkzaamheden op Kreisniveau.
Een van de concrete resultaten van ERMWIC is de ontwikkeling van een film waarin de Nederlandse GRIP-structuur met een Duitse voice-over wordt toegelicht. Aan een Nederlandse video over de Duitse piramidestructuur wordt momenteel nog gewerkt.

Grens(z)liaisons als verbindende schakel

Holthuijsen en Kühnel hopen dat het project ERMWIC ervoor gaat zorgen dat de samenwerking minder afhankelijk wordt van individuen maar ook doorgaat bij personeelswisselingen en pensioneringen. “Voor continuïteit is binnen de verschillende organisaties een breed draagvlak nodig, net als structurele steun van de betrokken overheden”, aldus Holthuijsen. Voor de continuïteit moeten zogenaamde grens(z)liaisons gaan zorgen, verbindende schakels, die de structuren in hun eigen land goed kennen.

Het oprichten van een liaisonnetwerk is opgenomen in de meest recente Grenslandagenda, die in september 2024 werd vastgesteld. “Toen er hier een aantal jaar geleden sprake was van hoogwater in de Maas, nam de Kreisbrandmeister van Viersen contact met mij op met de vraag of er hulp nodig was in de vorm van extra ambulances bij een eventuele ontruiming van het Venlose ziekenhuis. In de toekomst moet het mogelijk zijn dat we een grensliaison daarbij inzetten, die met zijn of haar evenknie in het buurland inventariseert waar behoefte aan is." Momenteel wordt er binnen ERMWIC gewerkt aan de totstandkoming van een pool van grensliaisons. ERMWIC zoekt daarnaast de synergie op met het project CivProLiNC van de Bezirksregierung Köln, waaraan onder andere het Institut der Feuerwehr en het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid (NIPV) meewerken. Met behulp van Europese subsidiegelden moet in het kader van CivProLiNC een opleidingsmodule voor grensliaisons worden ontwikkeld. De conceptmodule moet uiteindelijk als pilot door de nog op te bouwen pool van grensliaisons worden getest.

Een olievlek van samenwerking

De grote droom van Holthuijsen: dat ERMWIC een olievlekwerking gaat krijgen. “Als werkgroepleden zitten wij natuurlijk heel diep in de materie, en het streven is dat ook de werkgroepen binnen de vijf werkpakketen projectmanagement, communicatie, opgeschaalde acute en publieke zorg, brandweerzorg en multidisciplinaire samenwerking/crisisteams de grensoverschrijdende samenwerking binnen de rampenbestrijding in hun eigen organisatie verder uit gaan dragen. Binnen de Veiligheidsregio waren er aan het begin zes mensen die een bijdrage leverden aan ERMWIC en inmiddels zijn dat er negentien.” Als er een verzoek om hulp wordt gedaan, wordt die hulp eigenlijk altijd gestuurd, zegt Kühnel. “Op de meldkamers heerst er echter nog wel eens onzekerheid over wat er wel en niet kan of mag en over welke informatie er wel en niet mag worden gedeeld.” Betere kennisuitwisseling over de landsgrenzen heen moet ervoor zorgen dat deze onzekerheid verdwijnt. In de komende jaren zal bovendien worden toegewerkt naar een grote internationale eindoefening in 2027.

Netwerk N4: uitwisseling als katalysator

Naast ERMWIC is er het bredere Netwerk Nederlandse en NRW Niet-politie gerelateerde crisisbeheersing N4, dat alle grensregio’s tussen NRW en Nederland met elkaar verbindt. Dit platform focust op informatie-uitwisseling. Tijdens de netwerkdag van vorig jaar stond het voorstellen van samenwerkingsinitiatieven centraal. In het kader van de Grenslandconferentie gaf N4 een workshop over de verschillen in het waarschuwen van de bevolking in beide landen. In Nederland kennen we bijvoorbeeld NL Alerts en het WAS-systeem, en in Noordrijn-Westalen is men bezig met de verdere uitrol van cell broadcast. De komende jaarbijeenkomst in juni 2025 zal in het teken staan van oefeningen en alles wat daar in de twee landen bij komt kijken.

Belang van talenkennis

“Wie mij in mijn schooltijd had gezegd dat ik na mijn dertigste opnieuw en met plezier zou beginnen met het leren van woordjes, had ik dat niet geloofd”, lacht Kühnel, die hard bezig is om zijn Nederlands bij te spijkeren – volgens hem een must om in de grensoverstijgende rampenbestrijding te kunnen werken. “Ik was in april aanwezig in Nijmegen bij de grensoverschrijdende hoogwateroefening Magdalena om het crisisteam te begeleiden en de voertaal is dan Nederlands.” Wanneer beide partijen gebruikmaken van een derde taal zoals Engels, bestaat met name bij vakbegrippen bovendien het gevaar van onduidelijkheden. Voor Holthuijsen en Kühnel reden voor een stevig pleidooi voor het kennen van elkaars buurtaal. “We zijn regelmatig aanwezig bij situatiebesprekingen aan de andere kant van de grens, en die vinden nu eenmaal echt in de landstaal plaats, zeker in gevallen waarin er snel gehandeld moet worden. Goede kennis van Duits en het Nederlands is in de rampenbestrijding echt een must.”

Blik op de toekomst

Hoe ziet de toekomst eruit? Het project ERMWIC profiteert nog tot en met 2027 van Interreg-financiering. Voor het einde van de projectlooptijd zal een voorstel worden overlegd waarin wordt uiteengezet hoe de samenwerking geborgd en in de toekomst duurzaam voortgezet kan worden en wat daarvoor nodig is. Holthuijsen hoopt dat het voor haar collega’s aan beide zijden van de grens steeds meer een vanzelfsprekendheid wordt om de internationale component standaard mee te nemen in het dagelijks werk. Kühnel droomt op de lange termijn dat het bieden van wederzijdse hulp over de landsgrenzen heen net zo vanzelfsprekend en eenvoudig zal zijn als binnen het eigen land. “Het zou prachtig zijn wanneer het in de toekomst geen verschil meer maakt of twee Kreise of Veiligheidsregio’s elkaar onderling helpen, of dat we elkaar over de landsgrenzen heen bijstand bieden.”

De coronapandemie, de natuurbranden in Nationaal Park de Meinweg en het hoogwater in Limburg: tijdens deze en andere gebeurtenissen bleek eens te meer dat rampen en crises zich niet aan landsgrenzen houden. Dat maakt crisissamenwerking over de landsgrenzen heen onontbeerlijk. Twee fervente voorvechters daarvan zijn Marion Holthuijsen, regisseur crisisbeheersing internationale samenwerking, projectleider ERMWIC en algemeen commandant geneeskundige zorg bij de Veiligheidsregio Limburg-Noord, en haar collega Andreas Kühnel, Brandamtsrat bij de Bezirksregierung Düsseldorf en binnen het project ERMWIC coördinator van het werkpakket. In een openhartig interview vertellen zij over hun werk, over de hindernissen die ze tegenkomen én de successen die ze boeken – met als motor het Interreg-project ERMWIC en het netwerk N4.