Interviews
22.06.23

Afscheidsinterview Peter Schuurman: “GROS was voor mij de kers op de taart”

In de zomer van 2023 zwaait Peter Schuurman na vier jaar af als consul-generaal in Düsseldorf. Een periode die naar eigen zeggen is omgevlogen. In dit interview kijkt Grenspost Düsseldorf samen met hem terug op zijn ambtstermijn met een belangrijke focus op Nederlands-Duitse samenwerking: een baan die hij zelf graag omschrijft als “opereren in een snoepwinkel”.

In de zomer neemt u afscheid als consul-generaal in Düsseldorf. Hoe kijkt u terug op uw ambtstermijn?

De afgelopen vier jaar zijn werkelijk omgevlogen. Ik kijk er met heel veel plezier op terug. Ik startte natuurlijk in een rare tijd: ik begon in de zomer van 2019 en al vrij snel daarna brak de coronapandemie uit.
De kers op de taart was en is voor mij echt de grensoverschrijdende samenwerking. Het feit dat Nederland en Duitsland buurlanden zijn, we heel veel delen, legio gemeenschappelijke belangen hebben en ik in mijn rol als consul-generaal mensen bij elkaar mocht brengen en issues aan de orde mocht stellen is voor mij een van de hoogtepunten van mijn werk. Mensen vragen mij wel eens of een post in Argentinië of Maleisië niet veel aantrekkelijker en exotischer was geweest. Exotisch is de Nederlands-Duitse samenwerking misschien niet, maar de breedte en de diepte van de relaties maakt de samenwerking gewoon ontzettend interessant en heel erg leuk. Ik zou iedereen binnen Buitenlandse Zaken een post als deze van harte willen aanraden.

Waarop bent u het meest trots?

Gelukkig is het nu allemaal naar de achtergrond verdwenen, maar de samenwerking tijdens de coronapandemie is natuurlijk wel echt bijzonder geweest. In het hele Schengengebied was de Nederlands-Duitse grens een van de weinige die – weliswaar met wat beperkingen – de hele tijd open is gebleven. En dat zegt wel iets over het wederzijds vertrouwen. In het kader van de Cross-Border Taskforce Corona kwamen we, vooral in het begin, meerdere keren per week bij elkaar. Hoewel we echt niet alles op konden lossen, konden we elkaar heel goed informeren en consulteren. Wat voor acties moeten we ondernemen? Wie moeten we informeren? Hoe doen we dat het beste samen? Dat is toch een beetje de Europese Unie-Plus in een klein gebied. Daar kijk ik met heel veel plezier op terug. En het leuke is ook, paradoxaal gezien, dat dat echt tot verdere verdieping en nog betere relaties heeft geleid. We zagen elkaar elke week en ook toen corona naar de achtergrond verdween, zijn we in deze modus gebleven. Dat heeft de verdere samenwerking een push gegeven.

Op welke evenementen en gebeurtenissen kijkt u met bijzonder veel plezier terug?

Ik denk met bijzonder veel plezier terug aan de Grenslandconferenties in Enschede en Aken en aan de 5 mei-vieringen vorig jaar en dit jaar. Vorig jaar ging het Vrijheidsvuur in Kleve voor het eerst de grens over. Dit jaar was er een mooi vervolg in Zwolle, voor het eerst in aanwezigheid van minister-president Hendrik Wüst van Noordrijn-Westfalen. Dat zijn toch hele mooie gebeurtenissen. Op 15 mei mocht ik bovendien in Münster een prijs uitreiken aan Duitse scholieren die hadden meegedaan aan een gedichtenwedstrijd, waarbij ze in het Nederlands gedichten over vrede hadden geschreven. Proberen om de jonge generatie voor hun buurland te interesseren: dat mag ik heel graag doen. Natuurlijk zijn economie en de handel over en weer heel belangrijk, maar grensoverschrijdende samenwerking gaat natuurlijk veel verder dan het puur economische. Het gaat ook over de verbetering van de kwaliteit van leven, welstand en het welzijn van de bevolking aan beide kanten van de grens. Daarbij denk je dan ook aan onder meer rampenbestrijding, onderwijs en cultuur. En daarbij draait het lang niet alleen om de regeringscentra Den Haag en Düsseldorf, maar ook om alle andere bestuurslagen die er zijn, provincies en gemeenten, maar ook hogescholen, ziekenhuizen en musea die met elkaar samenwerken. De gelaagdheid van die relatie vind ik prachtig.

Wat vond u de leukste aspecten van uw functie?

Dat er eigenlijk twee soorten grensoverschrijdende samenwerking zijn: een voor de mensen direct in de grensstreek, en een van Düsseldorf tot Hannover of zelfs richting Berlijn en Den Haag. Dan gaat het over grotere onderwerpen als de energietransitie. We zitten in dezelfde hoek in Noordwest-Europa, streven grotendeels dezelfde doelstellingen na en hebben elkaar nodig om die te kunnen behalen. Het bewustzijn daarvan is groot.
Een ander leuk bijeffect van het werken langs de Nederlands-Duitse grens is dat ik ook Nederland beter heb leren kennen. En dat geldt naast voor bestuurlijk Nederland ook voor het hele maatschappelijke middenveld en het bedrijfsleven. Wat mijn werk bovendien ontzettend prettig heeft gemaakt, is dat Nederland in Duitsland echt een hele goede ‘Ruf’ heeft. Als ik ergens kom en men aan mijn Nederlandse accent hoort waar ik vandaan kom, krijg ik daar bijna altijd positieve feedback op. Nederland en Duitsland hebben samen een positieve agenda. De algemene instelling is: de samenwerking loont, dat is goed voor ons beiden en laten we proberen om daar nog wat extra stappen in te zetten. Ik word overal met open armen ontvangen en dat is niet altijd vanzelfsprekend voor collega’s op een post in andere landen. Mijn positie is feitelijk een luxepositie.

Hoe kijkt u terug op de samenwerking met de provincies Gelderland, Overijssel, Limburg en Zuid-Holland?

Laat ik het zo zeggen: als niet al de situatie bestond dat er ook collega’s uit de provincies hier in Düsseldorf werken, dan zouden we die situatie moeten creëren. Dat laat ook zien dat de samenwerking niet alleen maar een kwestie is tussen Den Haag en Düsseldorf, maar ook een zaak van de andere overheden. Het feit dat er proviniciemedewerkers in Düsseldorf te vinden zijn maakt het gewoon veel gemakkelijker om wat te bespreken, om elkaar op de hoogte te houden en ook om stappen te ondernemen. Als consulaat-generaal hebben we daardoor natuurlijk ook een goede ingang gekregen bij de provincies. Wat mij betreft houden we dat zo.  

Wat heeft u over de Nederlands-Duitse samenwerking geleerd?

De wederzijdse relaties gaan dieper dan ik voordat ik aan deze functie begon had gedacht. Ook de veelheid aan onderwerpen waarop wordt samengewerkt heeft mij positief verrast. Ik moest wel wennen aan het feit dat Nederland en Duitsland volstrekt anders zijn georganiseerd, daar moest ik wel even mijn weg in vinden. Duitsland als federaal land met andere ‘Zuständigkeiten’, dat is een van de nieuwe woorden die ik leerde. En het was even wennen toen ik voor het eerst ergens als ‘Herr Generalkonsul’ werd geïntroduceerd. Voordeel van de wat formelere procedures is wel dat je weet waar je aan toe bent.

Wat gaat u aan Düsseldorf missen?

De vanzelfsprekendheid waarmee we als consulaat-generaal overal welkom zijn. Dat we overal worden gezien als partners, natuurlijk met onze eigen rol: mensen bij elkaar brengen en boodschappen overbrengen. Het is een feest om in dat kader overal present te kunnen zijn en dingen mee te maken. Of dat nu een fietsbeurs hier in Düsseldorf is, een museumopening in een andere stad of bestuurlijke vergaderingen: het is eigenlijk een soort snoepwinkel waarin ik mocht opereren. Dat betekent niet dat het werk altijd gemakkelijk is – er zijn uiteraard ook netelige thema’s en ook is voortgang bij bestaande dossiers niet altijd gegarandeerd – maar als consulaat-generaal heb je in ieder geval een erkende plaats aan de tafel binnen de grensoverschrijdende samenwerking. Dat is heel fijn.

Welke tip zou u aan uw opvolgster willen meegeven?

Ga Duitsland in. Probeer zoveel mogelijk uitnodigingen aan te nemen om het land te leren kennen; economisch, cultureel en bestuurlijk. En investeer in je persoonlijke netwerk. Dat is in Duitsland misschien nog wel net iets belangrijker dan in Nederland, waar mensen over het algemeen wat sneller van functie wisselen dan in Duitsland. Dat vond ik ook het ergste aan de coronapandemie: dat het moeilijk was om je netwerk uit te breiden via zo’n scherm. Uit goede persoonlijke relaties kan veel moois voortkomen: zo zat ik een aantal jaar geleden op een politieke bijeenkomst in Essen met aansluitend diner per toeval naast dr. Julia Frohne van de Business Metropole Ruhr. We voerden gewoon een leuk, geanimeerd gesprek en eigenlijk is daar het zaadje geplant voor de Innovation Bridge Netherlands, die met bezoeken over en weer best wel wat in beweging heeft gezet.  

Foto: Peter Schuurman tijdens de Koningsdagreceptie 2023. (c) Boettner Foto